Borderline Tranen
1.
Je hoort‘Гуй Morgen’
bij de eerste voetstap in Ter Apel.
Een Palestijns kindje draagt een kroontje
van prikkeldraad
twee armen gespreid tegen een boom.
Tijdens de asielprocedure
vragen ze een kleuter
of hij een vliegtuig kan aanwijzen.
Ze tonen hem beelden van 11 september.
Twintig jaar later
wijst de hele wereld
naar vliegende Afghanen.
Niemand vangt ze op.
2.
Asielzoekers huizen in angst
voor afwijzing.
De meest racistische grenzen
dragen geen namen
slechts een lelijk gezicht.
Ze passen perfect in blauwe brieven
tot de tanden bewapend
komen vermomd als compliment.
Elk litteken is goddeloos bewaakt
volgespoten met de stank
van Europese privileges.
Het systeem verslindt integer
van het kastje naar de muur
de deur uit.
Kinderen met vaders op hun rug
betalen een onbetaalbare tol
een vergeten stopwoordje.
‘Je mag maar één koekje nemen,’
fluistert de juf.